Veiligheid onderweg

Preventie

• Het is een open deur, maar ver weg van huis ga je geen stunts uithalen die je thuis wel aandurft. Als je in een afdaling zo hard gaat dat je niet meer durft uit te wijken of flink te remmen ga je te hard. Lees ook de uitgebreide pagina over Afdalen.
• Als je met meerderen bent, houd dan in de afdalingen genoeg afstand en/of fiets nooit recht achter iemand maar en schuin achter. Het kan altijd gebeuren dat iemand een paniekstop moet maken.
• Houd rekening met het verkeer. Van Nederlanders die in het buitenland overlijden komt een grote groep om het leven door verkeersongevallen. Van de trieste berichten die de leden van De Wereldfietser en De Vakantiefietser af en toe bereiken valt vaak op dat het grootste gevaar schuilt in automobilisten die van achteren komen en de fietser(s) niet opmerken, vaak in combinatie met alcohol. Wees opvallend. Vermijd fietsen in de duisternis. Kies rustige routes.
• Deelname aan het verkeer. Rijd op rustige wegen niet langs de rand, maar liever een halve tot een hele meter van de wegkant vandaan, zodat je uitwijkruimte hebt. Vermijd drukke wegen zoveel mogelijk. Mocht je er niet aan ontkomen, gebruik dan een vluchtstrook en zorg ervoor goed zichtbaar te zijn. Bedenk dat kleuren als rood en blauw ook in bosrijk gebied beduidend minder goed zichtbaar zijn dan fluo-oranje, -roze en -geel. In woestijngebied zal fluo-geel juist weer minder zichtbaar kunnen zijn, etc. Val goed op t.o.v. de achtergrond! Gebruik een spiegeltje als je bijv. ieder voertuig wilt kunnen controleren, of als je lastig om kunt kijken.
• Pas op voor tunnels. In moderne tunnels in rijke landen mag je vaak niet fietsen, maar dat is qua veiligheid niet het probleem. Grootste probleem van tunnels is meestal dat je niet aan de kant kunt voor motorvoertuigen en je dus maar moet hopen dat ze je zien; daarbij is de verlichting vaak slecht of afwezig wat vaak ook geldt voor het wegdek. Fiets nooit in een tunnel zonder dat je het wegdek voor je kunt zien en kunt vaststellen of er grote gaten zijn! Stop desnoods in het begin van de tunnel om aan de duisternis te wennen en pak extra verlichting erbij als je die bij je hebt. Minder luxe uitgevoerde lange drukke tunnels hebben vaak geen of heel slechte ventilatie; zeker als je in de tunnel ook nog bergop gaat kan dit erg ongezond voor je ademhaling uitpakken. Overweeg dan te liften of een andere route te nemen.
• Overweeg of je een fietshelm wilt gebruiken. Zie ook de pagina Helm.
• Overweeg fietshandschoenen. Sommigen hebben door fietshandschoenen minder last van pijnlijke handen, maar ze zijn zeker van nut als je ten val komt.
• Bescherm je tegen de zon. In veel landen schijnt de zon veel langer en vooral krachtiger dan bij ons. In veel landen zul je nauwelijks mensen zien die zo veel aan de zon blootstaan als fietsers. Gebruik behalve zonnebrandcrème of bedekkende kleding ook een zonnebril met UV-bescherming (in de EU mogen geen andere verkocht worden maar pas daarbuiten op) en een pet, helm of hoed met zonneklep of brede rand om zonlicht dat bovenlangs de bril komt tegen te houden.
• Kampeer veilig: zet je tent niet op in een bedding van een beek of rivier, ook al ben je in de woestijn; rivieren kunnen zich in luttele seconden vullen met een modderstroom als gevolg van een regenbui verderop waar je niets van merkt of doordat de overlaat van een stuwdam wordt opengezet. Zet je tent niet op een plek waar je rijdende auto's kunt verwachten; dit geldt ook op een camping. Zet je tent niet op voor of achter geparkeerde auto's, dan kunnen ze niet op je rollen als ze van de handrem springen of wanneer de driejarige hummel van de buren het sleuteltje ontdekt. Zet je tent niet op onder een rotswand die niet 100% betrouwbaar is of waar zich regenwater vanaf stort na eventuele regen. Zet bij mogelijkerwijs onweer je tent niet op op een bliksemgevaarlijke plek zoals midden in het open veld, op een heuveltop of bij een eenzame boom. Parkeer je fiets zo dat hij niet op je tent (en dus op jou) kan vallen en gebruik de fietsen (met wielreflectie) eventueel om aankomende automobilisten duidelijk te maken dat ze daar niet kunnen rijden. Meer informatie over wildkamperen vind je via de pagina Wildkamperen.
• Houd rekening met de plaatselijke plaag- en roofdieren en ziekteverwekkers. Zoek op welke dieren je tegen kunt komen op je route en tijdens het overnachten en hoe je daar rekening mee kunt houden. Standaardinstructies tegen muizen, egels, vossen e.d., uiteraard sterk afhankelijk van de fauna op je bestemming: Zet je tent niet op op een muizenhol, ze kunnen zich zo door je grondzeil heen bijten. Zet zoveel mogelijk in de binnentent. Sluit tassen in de voortent grondig en zet ze bv op je stoeltje. Klop 's morgens schoenen uit voor je ze aantrekt.
• Voor wat beteft serieuze kampeergevaren als beren, leeuwen, slangen, schorpioenen, malariamuggen en dergelijke raden we aan je goed in het gebied van bestemming te verdiepen en adviezen van deskundigen op te volgen.
• Vergeet teken niet. Als kamperend fietser zit je in een serieuze risicogroep en teken komen ook in onze landen en onze buurlanden voor. Op de site van de Lymevereniging en op Lymenet staan aanbevolen preventiemethoden.
• Als je bang bent voor agressieve honden informeer dan of er in de streek waar je naar toe gaat veel loslopende agressieve honden zijn. Leer vuistregels om met agressieve honden om te gaan of koop eventueel een Dazer om honden te verjagen met een ultrasone pieptoon. Jammergenoeg is de werking van dit apparaat niet bij alle honden effectief.

Lees ook de pagina Materiaalveiligheid, Veiligheid en gezondheid bij omgaan met je uitrusting

Ongemakken

• Als het je onderweg lichamelijk niet goed gaat neem dan maatregelen: neem rust, investeer in een tijdelijk comfortabeler onderkomen, blijf in de buurt van een plaats met een arts, ziekenhuis etc., win informatie in. Bel indien nodig onderweg je eigen huisarts. Wacht niet totdat de situatie ondraaglijk wordt, bij diverse soorten pijnen kun je schade aanrichten wanneer je door de pijn(stillers) heen doorgaat.

• Kniepijn is een typische fietserskwaal die meestal veroorzaakt wordt door combinaties van een verkeerde zadelhoogte (te laag of te hoog kan beiden), verkeerd afgestelde clickpedalen, te weinig training, een te lage trapfrequentie waardoor er te veel kracht gezet moet worden en/of overbelasting door te lange etappes. De oplossing is eenvoudig uit te leggen: doe iets aan de oorzaak, neem rust en begin rustig aan en met lichte verzetten met de wederopbouw. De praktijk is vaak wat weerbarstiger omdat de oorzaak soms niet gemakkelijk aan te wijzen is. Fiets echter niet te lang door.
• Rug- en nekpijn, pijnlijke polsen en dode vingers zijn allemaal kwalen die te maken kunnen hebben met de zit op de fiets. Omdat het niet eenvoudig om zomaar een oorzaak aan te wijzen is zo belangrijk om een fiets ruim van tevoren goed afgesteld te hebben. Als je er geen kennis van hebt ga dan naar een goede fietsenzaak om je te laten adviseren. Roep eventueel de hulp in van het Wereldfietserforum om je daarbij te helpen.
• Hoogteziekte is bepaald niet voor alle bestemmingen relevant. Het kan vanaf 2500 m optreden, maar meestal vanaf 3500 m. Kom je op zulke hoogtes, lees het artikel op wikipedia over hoogteziekte. Voor heel verre reizen waarbij je vanuit Nederland geleidelijk naar een hoog gebied reist is hoogteziekte minder een risico dan wanneer je per vliegtuig in één keer op grote hoogte terechtkomt en dan in korte tijd gaat fietsen.

Noot: zowel de schrijver(s), Vereniging de Wereldfietser als Vereniging De Vakantiefietser aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid die voortvloeit uit fouten, onzorgvuldigheden of ontbrekende zaken in deze tekst.

Calamiteiten

{input gevraagd}